Hfd 4. Conclusies en Aanbevelingen

Een beetje manager is vaak niet echt geinteresseerd in je onderzoek en wil direct naar wat jouw conclusie is en aanbeveling. Dan wil die ook nog weten of die aanbevelingen haalbaar zijn, niet teveel kosten en heel veel gaan opleveren. Zonder dat zij of hij er inspanning voor moet doen het liefst… en zonder risico… Dus ik denk dat dit hoofdstuk vaak door je werkgever met aandacht gelezen zal worden. Alle reden dus om er voldoende aandacht aan te geven. Lees dus verder.

We willen graag in actie schieten, maar welke actie? Je hebt een uitdaging vastgenomen en daarvoor goede hoofd- en deelvragen opgesteld. Onderzoek gedaan zodat je met redenen omkleed een antwoord kan geven. Dat zijn je conclusies. Maar niet alle conclusies zijn geschikt voor jouw firma. Dus je moet een selectie maken, dat zijn je aanbevelingen. En die ga je dan in gang zetten in een project plan.

  • Heeft die de rode draad te pakken die zit in je onderzoek, je bevindingen en dan naar je conclusies. Die moeten Jip en Janneke makkelijk te volgen zijn.
  • Van de zeg drie tot zes conclusies begrijpt de lezer dat een aantal daarvan niet geschikt zijn om uit te voeren en begrijpt dus waarop je keuze is gebasseerd om een paar conclusies niet tot aanbevelingen te maken. Waarom je dat zo koos, of wie weet de lezer nu.
  • Je aanbevelingen klinken de lezer logisch in de oren.

4.1 Wat zijn de feitelijke bevindingen?

4.2 Wat de conclusies die daaruit voortkomen?

4.3 Wat zijn je aanbevelingen?

Inleiding. Wat zijn de resultaten van je onderzoek? Je hebt nu de data van je onderzoek, maar als je die niet in acties omzet, dan blijft het veel stof vergaren in de kast. Of in het hoofd van de onderzoekers…

Praktisch. Een cijferaar doet hier een SPSS bestand etc. En iemand met wat minder zin daarin heeft kunnen feiten die je bijeenzet ook werken.

Logica tip. Waarschijnlijk wist je al waar je op uit ging komen. Maar vertel dat nooit een onderzoekdocent. Laat je onderzoek het vertellen.

Valkuil. Let op, onderzoek doe kost je vaak de meeste tijd. Voor een deel omdat je er geen zin in hebt het te doen, wat ik volledig begrijp, of dat je de mensen niet te spreken kan krijgen. Dus op zich kruipt er niet veel tijd in, zeg als je 10 interieuws moet doen is het tijd de vragen op te stellen en dan 10 keer een half uur of zo te spreken. Maar om in 10 mensen hun agenda te komen, dat kost tijd en dan hebben die 10 mensen soms pas in 2 a 3 weken de tijd, dus de doorlooptijd van je onderzoek kan makkelijk vier tot vijf weken zijn. Daarom zaak als eerste er mee te beginnen. De rest kan je in je eigen tijd doen eventueel in de nacht. De interviews niet…!

Jip en Janneke. Geen tekst nog hier.

Inleiding. Je hebt een model gekozen en daar vaak je vragen op gemaakt. Dat hoeft helemaal niet, maar als je het wel doet, dan helpt het je erg je onderzoek structuur te geven.

Praktische. Je hebt het vijf krachten model van Porter gekozen. Dan weet je dat je vijf zaken moet onderzoeken. Dat geeft structuur aan je onderzoek, je analyse. Dan dat maakt het je ook makkelijk bij het presenteren ervan. Of je gebruikt een 7S model voor een interne analyse. Dan weet je dat je 7 zaken moet onderzoeken, simpel. En het model maakt het je makkelijk je bevindingen te clusteren en dat helpt weer om de conclusies en aanbevelingen aan te verbinden. Docenten verrassen met nieuwe modellen is ook altijd een goede zet.

Logica tip. De rode draad blijft een probleem, bewezen dat het een probleem is en dat je zocht naar modellen die daarbij gemaakt zijn ooit.

Valkuil. Te vlug, vlug doen. Een SWOT analyse maak je niet in een avond. Direct is te zien dat het niet doordacht is. Je maakt die in een paar keer. Een keer in concept, dan laat je die een dag liggen en pak je die weer om dan met frisse blik nog eens naar te kijken en te zien of je het nog steeds logische vindt en je de juiste prioriteiten hebt gezet. Liever een model minder gebruikt en het allemaal juist te doen, dan veel modellen die je erbij sleepte half. Een lange uitleg van wat het model doet en waarom is ook wat irritant voor docenten die daarin lesgeven. Dus sla je blad vullende plaatjes en wiki wijsheid over, dat weten we wel.

Jip en Janneke. Niet nodig lijkt me, als wel, laat me weten, dan schrijf ik hier een tekst bij.

Inleiding. Was het valide: heb je mensen geïnterviewd die ertoe doen in het kader van je onderzoek?

Praktisch. Dit hoeft niet een apart hoofdstuk te zijn, maar is wel verstandig bij stil te staan, want ieder onderzoek moet hieraan voldoen, dus als iemand niet kan lezen dat het eraan voldoet, moet je het even expliciet vermelden lijkt me.

RR’s richtlijnen: Minder dan 8 mensen geïnterviewd hebben dat is wat te dun. Een vragenlijst met minder dan 10 vragen ook. Niet in verschillende lagen van de hiërarchie je vragen hebben kunnen stellen, ook jammer. Inzichten van de externe wereld, mensen in consultancy, industrie belangen verenigingen etc meenemen is verstandig.

Logica tip. Als je een aanbeveling doet die grote impact heeft, is het logisch dat je daar veel mensen voor geïnterviewd hebt die er ook verstand van hebben.

Valkuil. Je ging het transcriberen, terwijl de docent dan niet nodig vond.

Jip en Janneke. Even geen tekst.

Inleiding. Je clustert je bevindingen in logische samenhang. Een conclusie tussen de drie en de acht argumenten/bevindingen lijkt me waarschijnlijk.

Praktisch. Heb je een theoretische model gebruikt, dan zitten je feiten, wat uit je onderzoek komt al in clusters van informatie. Bij de vijf krachten van Porter in vijf clusters. En die maken het makkelijk er conclusies en aanbevelingen aan te verbinden.

Logica tip. Er zit een makkelijk te volgen lijn in je stuk, zeker vanaf het moment dat je feiten heb verkregen door interviews, bronnen onderzoek etc. En die clusteren naar feiten die bij mekaar passen en de grootste wolk feiten dringen een conclusie op. Deze logica moet voor iedereen direct begrijpbaar zijn. Het visualiseren helpt, dan kan met een grafiek etc. 

Valkuil. Je conclusies had je al voordat je begon en je schreef daar naartoe. Dat kan wellicht, maar zorg dan in elk geval dat je bronnen kloppen. Een assessor kan vragen ‘zou jij die investering doen om deze conclusies uit te voeren?’.

Jip en Janneke taal. Je helpt je sportclub aan meer leden naast je studie. Je neemt het vijf krachten model en beziet: 1. Wie is de concurrentie, 2.

[RR: hier type ik later nog verder aan]

Ook kan nog….

Dat je hier een hoofdstuk tussen zet die heet ‘Discussie’. Dat kan je doen als er binnen de firma of je zelf nog discussie hebt of de conclusies wel helemaal kloppen. Ook doen wetenschappers het, want noemen iets niet een conclusie maar een discussie om zo te zeggen dat ze een conclusie met de lezer samen wil maken, die kan soms andere dingen zien in een onderzoek.

Inleiding. Terwijl je bezig bent met het clusteren van je bevindingen dringt zich vaak vanzelf een aantal aanbevelingen op. Niet alle conclusies daar kan je wat mee, dus zijn niet altijd direct een aanbeveling. Als de conclusie is dat iedereen gezond vetarm wil eten en jouw firma maakt mayonaise, tja… dan kan je aanbevelen de firma te verkopen… maar dat lijkt me een grote zet.

Ook kan het zijn dat je eigenlijk altijd al hebt geweten dat mensen die je onderzoekt gaan zeggen wat je al een tijd gehoord hebt van je collega’s of in het vakgebied. Dus dan geen verrassing voor je, maar een feitelijke bevestiging door je onderzoek dat het niet alleen praatjes zijn, maar feiten, want9 van de 10 mensen zegt het.

Gebruik criteria vooraf!

Als je vooraf geen criteria hebt opgesteld, is elke conclusie wel ok.

Jip en Janneke taal: Je onderzoekt wat er in de koelkast ligt, alleen maar fruit is de bevinding van je onderzoek en dus is je aanbeveling fruit te eten. Maar tja…. de opdrachtgever wil graag een warme maaltijd. Dat criterium had je niet vooraf je gesteld.

Wat zijn er voor criteria te verzinnen?

  • Een maximaal hoeveelheid risico.
  • Een bepaalde vorm van effectiviteit.
  • Een maximum aan geld investering.
  • Een bepaalde hoeveelheid tijd die er overheen mag gaan.

Je kan die criteria in een overzicht zetten met een schaal erbij: Heel risicovol versus Laag risicovol. En dan je aanbeveling daarop plotten, zo maak je de besluitvorming makkelijker.

TIP: vraag ook naar wat een ‘show stopper’ is. Wanneer zal je opdrachtgever beslist niet akkoord gaan met je aanbeveling? Hier zit vaak een budget eis, die over een maximum hoeveelheid geld of inzet van mensen gaat.

Praktisch. Tussen de drie en vijf aanbevelingen lijkt me goed. En die liggen natuurlijk in lijn met wat de opdrachtgever als richtlijnen gaf. Die zal eisen hebben gehad, die kunnen klinken als ‘het moet wel binnen ons budget passen’. Of ‘de oplossing moet binnen een jaar zijn te implementeren en effect laten zien.’

Vaak is de vraag of je een aanbeveling doet per deelvraag, of ze bijeen zet. Ik zou denken dat als je deelvragen zeer specifiek zijn, je ze dan in tekst logisch bijeen zet. Dus deelvraag en erachter je aanbeveling, zo helpt je de lezer het verband te begrijpen.

Logica tip. Consultants nemen aanbevelingen die op de korte termijn te halen zijn, het zgn ‘low hanging fruit’ en aanbevelingen die wat meer tijd kosten. Dat doen we omdat met de korte termijn aanbevelingen een project vaart kan krijgen en een ‘vier moment’ van de eerste successen en dat geeft dan weer vaart aan lagere termijn projecten.

Valkuil. Aanbevelingen passen niet bij de cursus. De cursus gaat over communicatie en je aanbeveling is dat men meer mensen moet aannemen. Niet echt een communicatie punt. Wel zou zijn het probleem van tekort aan personeel en de hoge kosten van werven, op te lossen met advertenties en socialmedia. Dat past wel bij de cursus communicatie.

Jip en Janneke. Lijkt me duidelijk, als toch nog voorbeelden nodig zijn, vraag me per mail en die zal ik dan hier plaatsen.

Ook kan nog….

De indeling maken naar Strategische en operationele aanbevelingen.

Of af te sluiten hier met een discussie, je doet dan een verhaal over de mogelijke verschillende interpretaties die je onderzoek kan geven.

Dit is een hoofdstuk dat ik altijd met zeer veel aandacht lees. Gewoon omdat hier er acties beschreven gaan worden, waar de organisatie verder mee kan komen. Veel plezier met het schrijven er van! De kers op de taart!

Rudolph Regter