Pedagogy of the Oppressed

Leren maakt het leuker

Met de start van het nieuwe studiejaar nu al weer even achter de rug en de drukte die dat gaf, nu weer wat tijd voor berichten en het oppoetsen van deze website. De afgelopen weken was het weer zoeken naar de balans in het werken met studenten. De rechten en plichten van docenten en studenten blijft een zoektocht. En ik nam mijn leeswerk uit mijn studie onderwijskunde weer ter hand en las waar wat van Paulo Freire. Iemand uit Brazilie, een land waar ik heel veel geweest ben.

Het stuk dat ik weer las is wat zwaar, maar de kern die ik hier wil raken is dat bij zei dat hij stelt dat onderwijs te relateren is aan macht en bevrijding. Onderwijs kan dienen om onderdrukking te doorbreken.


Wat overdreven zal je denken anno 2024 en hier in Nederland of België. Wie worden hier onderdrukt? Het antwoord op die vraag moet je me maar eens vragen, is voor nu een te lang antwoord. Maar je voelt al aankomen dat ik minimaal vindt dat zelfs al zouden er niet mensen onderdrukt worden, het nog altijd mogelijk mensen meer vaart te geven. En daar kan onderwijs ook bij helpen.

Freire stelt dat het traditionele onderwijssysteem de onderdrukte bevolkingsgroepen passief houdt en hun kritisch denken onderdrukt door wat hij “bankpedagogiek” noemt. Dit is een model waarbij leraren kennis ‘storten’ in de leerlingen, die deze kennis passief ontvangen zonder te reflecteren of actief betrokken te zijn.

Daar kan ik me wel (nog steeds) erg in vinden. Ik bedenk me ook dat het woord ‘docent’ ook een element in het geluid van het woor uitspreken iets van ‘donneren’ heeft.

(de oorsprong van het woord docent is docere, wat onderwijzen of instructie geven is)

In plaats daarvan pleit Freire voor een “dialoog-gebaseerd” onderwijsmodel, waarin leraren en leerlingen samen werken in een proces van gezamenlijke kenniscreatie. Dit model stimuleert bewustwording of “conscientização”, waarbij studenten zich bewust worden van hun sociale, politieke en economische omstandigheden. Dit bewustzijn is cruciaal om vaart te maken en je werk en leven leuker zo denk ik.

En hoe zou dat moeten werken?

Paulo Freire introduceert het woorde ‘co-intentional leren’, waarbij leraren en studenten samen verantwoordelijk zijn voor het leerproces, in plaats van dat de leraar simpelweg kennis overdraagt aan passieve studenten. Het ‘banking systeem’.

In het co-intentionele leren hebben zowel de leraar als de student een actieve rol, waarbij ze gezamenlijk wat er aan het gebeuren is, de werkelijkheid, onderzoeken en betekenis creëren. De leraar wordt een mede-onderzoeker en creator in plaats van een autoriteit, en de studenten worden gezien als medescheppers van kennis. Deze dialoogvorm leidt tot een dieper begrip van de wereld, waarbij zowel leraar als leerling hun bewustzijn en kritische denken ontwikkelen in de tijd waarin ze nu leven.

Het doel van dit proces is volgens Freire het bevorderen van kritisch bewustzijn (conscientização), waardoor mensen in staat zijn om de onderdrukkende structuren in hun samenleving te herkennen en te bestrijden. Dat klinkt nu weer heel hoogdravend, maar laat ik je als ik je spreek wat vertellen over waarom dat toch nog steeds nodig is en zal dan wat voorbeelden geven van wat mijn pleegkinderen meemaken. Co-intentioneel leren is dus een instrument van empowerment, studenten, mensen in hun kracht zetten. Dan van bevrijding, gericht op het doorbreken van traditionele machtsrelaties in onderwijs en de samenleving.

En hoe zit de verhouding tussen studenten en docenten/leraren dan?

Paulo Freire stelt dat zowel studenten als docenten rechten en plichten hebben in het leerproces, gebaseerd op zijn visie op een gelijkwaardige, dialogische relatie tussen hen. Het doel is het creëren van een rechtvaardig, bewustmakend en participatief onderwijsproces. En dat het liefst in een fijne omgeving zou ik toevoegen. Niet een anno 1970 klaslokaal… En daar komt op een manier tegenwoordig kunstmatige intelligentie bij als participant…

Enkele kernpunten over de rechten en plichten van beide partijen volgens Freire volgen hieronder en zijn deels opgesteld door ChatGTP4o op mijn vraag en met mijn aanvullingen.

 Rechten van studenten

1. Recht op participatie en dialoog: Studenten hebben het recht om actief deel te nemen aan het onderwijsproces en om gehoord te worden in de klas. Ze mogen vragen stellen, hun mening geven en bijdragen aan de gezamenlijke kennisproductie. (Dat alles op een beleefde manier natuurlijk)

2. Recht op kritisch denken: Studenten hebben het recht om kritisch na te denken over de kennis die hen wordt aangeboden, en om deze kennis in twijfel te trekken en te onderzoeken in plaats van die klakkeloos te accepteren. En dan in dialoog te gaan.

3. Recht op respect: Studenten moeten als volwaardige en gelijkwaardige deelnemers worden gerespecteerd. Dit betekent dat hun ervaringen, meningen en kennis gewaardeerd worden, ongeacht wat dan ook. (achtergrond, geslacht, kleding, haarkleur etc)

4. Recht op zelfontplooiing: Ze hebben het recht om te groeien en zich te ontwikkelen, zowel intellectueel als persoonlijk, en om onderwijs te ontvangen dat hen helpt hun volledige potentieel te bereiken.

 Plichten van studenten

1. Plicht tot actieve deelname: Studenten hebben de verantwoordelijkheid om actief deel te nemen aan het leerproces, hun kennis te delen en zich in te zetten voor gezamenlijke leerdoelen.

2. Plicht tot kritisch engagement: Studenten moeten zich inzetten om kritisch na te denken over de informatie die ze ontvangen en deze te confronteren met hun eigen ervaringen en realiteit. In onderwijs woord te ‘reflecteren’.

3. Plicht tot samenwerking: Het leerproces is een collectieve inspanning, en studenten hebben de plicht om samen te werken met zowel hun medestudenten als hun docenten om samen kennis te creëren.

 Rechten van docenten

1. Recht om de leeromgeving vorm te geven: Docenten hebben het recht om de richting van het onderwijsproces te bepalen, waarbij ze ruimte bieden voor kritische dialoog en gezamenlijke kennisvorming.

2. Recht op respect en samenwerking: Net als studenten hebben docenten het recht op respect en erkenning van hun rol als mede-onderzoeker in het leerproces.

3. Recht op intellectuele vrijheid: Docenten moeten in staat worden gesteld om innovatieve pedagogische methoden te gebruiken en om kennis aan te bieden op een manier die bevrijdend en bewustmakend is.

 Plichten van docenten

1. Plicht tot dialoog: Docenten hebben de verantwoordelijkheid om een dialoog te bevorderen in de klas, waarbij ze openstaan voor de meningen en ervaringen van hun studenten en hen betrekken bij het leerproces.

2. Plicht tot het faciliteren van kritische bewustwording: Ze moeten studenten helpen hun kritische bewustzijn te ontwikkelen, door hen aan te moedigen om de sociale en politieke structuren in de samenleving te analyseren en in vraag te stellen.

3. Plicht tot medeleerling zijn: Docenten moeten zichzelf zien als mede-lerenden, bereid om samen met hun studenten te leren en te groeien, en niet enkel als autoritaire figuren die kennis overdragen.

Afsluitend

In het onderwijs van Freire staat dus de wederkerige relatie tussen student en docent centraal. Beide partijen dragen verantwoordelijkheid en hebben zowel rechten als plichten die gericht zijn op de gezamenlijke creatie van kennis. Dit met het doel om de onderliggende structuren die blijven vasthouden aan ‘onderdrukking’ en ongelijkheid te begrijpen en te veranderen. En vul ik aan, om te zien naar wat mensen en de maatschappij vaart te geven om er een nog leukere wereld van te maken.

Afijn, weer iets om over na te denken en verder actief in te zetten in mijn werk. Zeker op de donderdag middag en avond als ik werk met 4e jaars kan ik dit nog beter en nog actiever aanzetten/uitproberen.

Tot een volgende keer,


Rudolph

Inhoudsopgave